Taalmaatjes: 2 mannen van rond de 30.
Taalniveau: A1 en A2
Doel: Meenemen in het dagelijks leven, praten in de praktijk, ook een kijkje geven in de Nederlandse leefwijze en cultuur, normen en waarden, het ZIJN in Nederland. Een buddy voor hen zijn.
Materialen: Het leven van elke dag
Ik ben voor 2 mannen taalcoach, of liever gezegd, een buddy. Taal is 1 ding om hen bij te leren, maar het (Nederlandse/ Westerse) leven leren vind ik net zo belangrijk.
De keuze om 2 mensen te begeleiden is ontstaan vanuit mijn eerste taalmaat. Hij had bij zijn vriend nogal lopen opscheppen over hoe leuk het allemaal niet was om 'naar buiten' te gaan. Dit klonk voor zijn vriend als goud, waarna hij bij VW aan heeft gegeven of het ook mogelijk was dat ik ook zijn buddy kon zijn. Voor mij persoonlijk was het oké, op voorwaarde dat ik beide tegelijk kon bezoeken ipv individueel. Deze constructie bevalt mij zeer goed.
De tweede man die erbij kwam sprak al heel wat beter Nederlands dan de man waarvoor ik al buddy was. We hebben afgesproken dat er alleen Nederlands gesproken wordt als we bij elkaar zijn. Samen hebben zij ook met elkaar afgesproken zoveel mogelijk Nederlands te spreken (als ik er niet bij ben). Soms gebruik ik de tweede man nu als tolk als we in het Nederlands, met handen en voeten of met Google Afbeeldingen er echt niet uitkomen (want dat proberen we uiteraard eerst).
Ik maak het niet moeilijk, maak geen plan voor de dag/ onze ontmoeting. Ik neem ze gewoon een halve dag mee in mijn leven. Samen doen we dan alles wat ik zoal op het programma heb staan die dag. Dat kan zijn samen naar de kringloop, de vuilstort, uitwaaien op het strand, wandelen in het bos bij 's Graveland, ergens koffie drinken, in Amsterdam langs de grachten lopen of naar het Vondelpark, kijken bij de molen, thuis lunchen met mijn kinderen (waarbij ze hun eigen tosti's moesten maken) of gewoon een rondje door de omgeving. Ik neem ze mee als ik op bezoek ga bij vrienden of de auto door de wasstraat haal (dat vonden ze werkelijk schitterend!).
Verder speel ik in op vragen die vanuit hen komen, zoals een lekke fietsband leren plakken, samen vliegtickets kopen voor de gezinshereniging, sa,men boodschappen doen of een brief dat ze in de post hebben ontvangen lezen. En maak ik soms gebruik van mijn familie en kennissenkring. Zo heeft mijn zus een chocolaterie en mocht mijn taalmaat een uurtje meedraaien daar. Dat vond hij geweldig!
Met de lockdown van corona is het contact noodgedwongen anders geworden. We videobellen via Whatsapp veel meer en vaker. We gebruiken Whatsapp omdat dit voor hen het makkelijkst te begrijpen is.
Ik heb elke dag wel even contact met mijn taalmaten. Soms stuur ik alleen maar een foto of een appje. Minimaal 1x per week videobellen we als groep en ook 1x per week videobel ik hen beiden individueel. Ook nu maak ik het niet te moeilijk. Zo eten we soms samen lunch (met videobellen) bijv.
We praten over van alles en nog wat, van wat ze hebben gegeten en hebben gedaan tot aan schoolzaken.
Nu de maatregelen wat versoepeld worden spreken we weer af en toe in persoon af om samen te wandelen of in de tuin te zitten - uiteraard op gepaste afstand.
Ook speel ik graag WordFeud (online scrabbel) met de taalmaat die het Nederlands het best beheerst.
Een uitdaging waar ik tegenaan loop is dat er bij mijn eerste taalmaat geen vordering te merken is. Omdat zijn Nederlands zo achterblijft komen we niet tot diepgang. Bij fysieke afspraken kon ik nog uit de voeten met Google Afbeeldingen / Maps / Translate. Dat is nu met corona en videobellen heel wat lastiger. Derhalve heb ik naast de 1-op-1 gesprekken het liefst groepsgesprekken. Mogelijk speelt er mee dat mijn eerste taalmaat (licht) depressief is, dus dat maakt het niet makkelijker. Zonder gezin of werk is het niet altijd makkelijk om een reden te vinden om 's ochtends je bed uit te komen. Daarom probeer ik wel dagelijks even contact te maken. En voor de lockdown stimuleerde ik ook activiteiten waar hij zonder mij aan kon deelnemen. Bijv. in de bibliotheek worden er wekelijks spelavonden gehouden voor laaggeletterden. Dat zijn gezellige avonden met een leuke mix van anderstaligen en Nederlanders. Zodoende heeft hij aanspraak met anderen en wordt zijn kring wat groter. Jammer genoeg vallen juist dat soort zaken nu door de lockdown voor langere tijd weg.
Of we ook nog met taal oefenen? Ja, de hele tijd. Soms besteed ik 15-20 minuten aan grammatica en regels e.d., maar alle drie hebben we het liefst taal in de praktijk, taal in het dagelijks leven, taal in combinatie met ZIJN in Nederland. Dat geeft echt veel voldoening.
We hebben het samen ontzettend leuk, maken grappen en lachen heel wat af, maar hebben ook geregeld serieuze gesprekken. Ik ben van mening dat ze zo aldoende de taal het beste zullen integreren in hun levens.
Ik kan deze manier van taalcoachen echt aan iedereen aanbevelen!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten